Mient Jan Faber staat symbool voor de wijze waarop de kerken zich in de tweede helft van de vorige eeuw verzet· ten tegen de wapenwedloop en de uitsluiting van mensen. Intensieve samenwerking tussen de kerken, kennis gestuurd en stevig georganiseerd. Maar nu, ruim veertig jaar later, komen andere werkwijzen op, minder institutioneel en meer vanuit het gevoel.
De directe aanleiding voor deze verkenning is het einde van de stichting Oikos. Oikos ontstond in 1994 na de fusie van het Interkerkelijk Vormingswerk inzake Ontwikkelingssamenwerking (IKVOS) en Oecumenisch Studie- en Actiecentrum voor Investeringen (OSACI), beiden opgericht in de jaren zeventig als antwoord van de kerken op de uitdagingen van die tijd. IKVOS richtte zich op eigen wijze op het vormingswerk binnen en vanuit de kerken, de eerste jaren onder bewustwording, reflectie en actie. We wilden exact weten hoe de economie in elkaar zat, wie de macht had, hoe de eigendomsverhoudingen lagen en vooral wat onze eigen rol was. Daar lag de basis voor een positiekeuze, voor campagnes en voor beleidsbeïnvloeding. Kerken en hun organisaties namen daar volop aan deel: tegen apartheid in Zuid-Afrika, tegen de plaatsing van kruisraketten in Neder• land, voor eerlijke handel en voor ontwikkelingssamenwerking. Die keuzes waren zeker geen gemeengoed binnen de kerken, maar het onderlinge gesprek werd zo wel geprikkeld.
(bron: De Linkerwang, december 2018)
Recente reacties